De afgelopen tijd heb ik een verandering doorgemaakt.

Ik ben nu heel nadrukkelijk beelden gaan gebruiken bij mijn preek. Sterker nog, ik maak de preek in beelden omdat ik na het gebruikelijke voorwerk de woorden laat voor wat ze zijn en mijn boodschap al in een vroege fase in beelden probeer weer te geven.

Voor veel predikanten is dit inmiddels gesneden koek geloof ik, maar voor mij was het nieuw.

Ik heb me er ook lang tegen verzet, het was namelijk niet nodig want ik spreek heel beeldend. Ik kan het prima zonder plaatjes.

Maar als ik eerlijk nadenk moet ik toegeven dat dat voor mij als spreker geldt;  bij mijn eigen verhaal kan ik zonder plaatjes. Als luisteraar vind ik het vaak wat lastiger.

Ik ben dus veranderd.

 

Daarvoor heb ik een keuze gemaakt, en zoals ik in mijn vorige blog schreef, dat vroeg natuurlijk wel om een goede bezinning.

Ik moet zelf altijd weer een keuze maken om te veranderen. Dat zal vast iets te maken hebben met wie ik ben, maar het heeft ongetwijfeld ook iets te maken met mijn vak.

Een predikant werkt veel alleen en is vaak zijn eigen referentiekader. Dat helpt niet bij veranderen.

Verder is een predikant ook omgeven door allerlei mensen die niet alleen een mening hebben over wat hij/zij doet maar ook een mening hebben over wat hij/zij zou moeten doen. En al die mensen zijn als amateurtheologen ook een soort zelfverklaarde experts. Als je daar naar gaat luisteren ben je zomaar iemand die met alle winden meewaait, en dat willen we natuurlijk niet.

Bovendien is veel van wat je als predikant doet geworteld in een roeping die lijkt uit te stijgen boven de drijfveren van anderen.  Wie van je toehoorders is op zijn knieën, biddend om de zegen met zijn werk begonnen? Als God je roept dan zouden die mensen misschien wat minder moeten roepen.

 

Allemaal onzin natuurlijk om zo te reageren.

Maar wel begrijpelijk; je wilt in de setting waarin je werkt wel authentiek blijven. Dat komt het er op aan dat je staat waar je voor staat en niet met alle winden meewaait.

Een begrijpelijke reactie.  Maar wel potentieel gevaarlijk. Ben Tiggelaar wijst zaterdag in zijn column in het NRC   “Te veel jezelf zijn is niet goed” .

op het gevaar dat een beroep op je eigen authenticiteit ook kan betekenen dat je niet uit je ‘comfort zone’ durft te komen.

En soms is dat laatste wel heel belangrijk.  Soms moet je niet doen waar je goed in bent, maar dingen leren doen waar je nog niet goed in bent.  “Dat voelt nooit authentiek, maar juist vreemd in het begin….. Het betekent simpelweg dat je leert”.

 

Dat hebben ook predikanten nodig. De tijden veranderen en je gehoor verandert. Dus verandert als het goed is ook de taal waarmee je je uitdrukt.

Ik ben benieuwd waar het me gaat brengen met die beelden.

Vooral omdat ik in februari wil preken over huwelijk, relaties en seksualiteit.

Ik heb nog geen plaatjes, eerst de Bijbel, en dan zullen we wel zien.

 

 

 

 

Leuk? Nuttig? Deel dan met anderen!