We moeten die klootzakken liefhebben

Ik voel grote woede als ik de aanslag in Parijs tot me laat doordringen. Ik ga geloven in bommen. Keihard optreden. De emotie gaat met me aan de haal.   Het is schokkend om te merken hoe makkelijk dat gaat. Overweldigd door een impuls en dan wil ik zomaar kwaad met kwaad vergelden.   Ik heb tijd nodig om terug te komen bij mijn diepe overtuiging. Het laat me wel zien hoe belangrijk het is om in contact te blijven met de diepste waarde in je leven. Zo gemakkelijk laat je dat los door drukte,  door emotie, door verwachtingen. Een terugkerend thema als je nadenkt over hoe je je leven inricht.   Verbonden zijn met de diepste waarde in je leven heeft dus niet alleen met tijdbeheer te maken,  realiseerde ik me opnieuw. Het helpt ook om in de actuele uitdagingen van het leven de juiste positie in te nemen.   Ik had dus tijd nodig om me twee dingen te realiseren: Ik kan niet met bommen werken, (geen idee ook hoe een Kalashnikov werkt). En ik heb een andere opdracht: die klootzakken liefhebben.   Ik luister opnieuw naar de woorden van Jezus. “Heb je vijanden lief en bidt voor wie je vervolgen”. want zegt Jezus: “de Vader in de hemel laat zijn zon opgaan over goede en slechte mensen, Hij laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen”.   Jezus zet me stil. Die klootzakken zijn mensen zoals ik. En als ik word als zij dan word ik net zo’n klootzak.   Ik moet niet eens willen weten hoe zo’n moordwapen werkt. Mijn opdracht is om mensen te zien....

In zwakheid kracht ontdekken  op de kinderboerderij.

  Mijn bescheiden bijdrage aan de buurt is dat ik soms inval op de kinderboerderij. Als een vrijwilliger ziek is kan ik in nood inspringen. Daar ben je ook dominee voor: voorbereid om van het ene moment op het andere te doen wat dringend en belangrijk is. Tijdkwadrant I van Covey. Ik wilde het even snel doen, maar mijn hulpjes bepaalden me bij andere lessen van Covey. ‘Eerst begrijpen en dan begrepen worden’ en ‘Denk vanuit synergie’.   Eerst die synergie. Hoewel het er op leek dat ik het alleen veel sneller kon. bleken de hulpjes toch ook veel voordeel op te leveren. Ze kenden de gang van zaken veel beter dan ik als invaller, dus ik hoefde over veel zaken niet eens na te denken. Uiteindelijk was het een ‘win / win’ situatie. Wat ik alleen veel sneller kon werd gecompenseerd door dat waar ik niet meer over hoefde na te denken. En het was veel gezelliger.   Het belangrijkste voor me was die andere regel: ‘Eerst begrijpen, dan begrepen worden’. Een van mijn hulpjes was een jongen met een lichamelijke beperking. Een moeizame motoriek en zeer moeizame spraak. Ik had even tijd nodig om hem  letterlijk te begrijpen. Maar wat was het een geweldige ontdekking.   Ik zag hem met moeite, maar vooral met veel passie, een broodpap klaarmaken voor de eenden. Langzamer dan ik zou doen, maar veel meer gedreven. Als ik even een te korte bocht maakte (het besluit om het snel te doen ben je niet zomaar kwijt) legde hij een hand op mijn arm en vertelde overtuigd hoe het altijd hoorde op dinsdagmiddag....

Mijn zoon is homo en zoekt zijn weg met God

Ik hoorde pas een bizar gesprek op de radio. Iemand had ontdekt HIV positief te zijn. Hij was verward door deze ontdekking. Want hij had bijna geen seks gehad. In de afgelopen maanden enkele keren met verschillende partners. Door omstandigheden veel minder dan gebruikelijk. En dan ook nog steeds voorzichtig geweest. Zijn vraag: hoe kan je dan besmet raken? Hij was op onderzoek uit gegaan en had het ontdekt. Het was iemand die zelf net besmet was en het nog niet wist. Dat is kennelijk een uiterst kritische fase waarin je wel heel erg voorzichtig moet zijn.   Ik ken de verhalen maar vond het toch weer schokkend. Ik kan maar niet geloven dat dit leven gelukkig maakt. Wat voor zoektocht is dit, wat voor verlangen? Wat voor liefdesleven als het kennelijk zo gevaarlijk is zelfs als je heel voorzichtig bent. Ik gun mensen graag wat anders.   Even haal ik opgelucht adem als ik aan mijn zoon denk. Hij leeft in een andere wereld. Homo, jawel, maar betrokken lid van de christelijke gemeente. Zoekend naar God in zijn leven. Dat is een veiliger bedding dan voor veel andere homo’s.   Maar is het eigenlijk wel zo veilig? Kijk nou eens eerlijk om je heen. Zie hen worstelen. Zie hen wegduiken. Hoor de gesprekken of ze er eigenlijk wel bij horen. Wat doet dat met hen, zo onderwerp van gesprek te zijn? Hoe veilig ben je dan in de gemeenschap van de kerk?   Zou het buiten misschien toch veiliger zijn? Want geen onderwerp van gesprek maar aanvaard worden zoals je bent.   Ik moet er niet aan denken....

Geloof is niet altijd uit het gehoor.

Ik sprak pas een getalenteerde young professional. Enthousiast deed ze verslag van een functioneringsgesprek. De leidinggevende was zeer tevreden en zag goede perspectieven. Dus kreeg ze coaching aangeboden.   Veel dominees (en onderwijzers, maar die lezen dit nauwelijks) denken nu: “Wat sneu,  doe je het zo goed moet je op coaching”. Om dan vervolgens misschien wel door te denken: “Straks moet ze nog getraind worden ook”.   Harde wereld, buiten de kerk. De focus op prestatie en resultaten drijft mensen op. En je moet dan altijd maar naar jezelf blijven kijken.   Dan hebben we het in de kerk beter getroffen. De meeste dominees kunnen lekker hun gang gaan. Die permanente educatie lijkt wel zo’n werelds nieuwigheidje, (wie gaat ons vertellen wat we moeten bijleren ?), maar dat kun je nog bij elkaar sprokkelen door te luisteren. En dan zitten we in onze comfort zone. Voelt weer even net als vroeger, terug in de collegebanken. Het bouwt voort op wat we kennen en ondersteunt ons in wat we kunnen.   Training en coaching is wat anders. Onbekender. Onveiliger ook. Zou dat de reden zijn dat we daar intuïtief niet als eerste voor kiezen? Ik vermoed dat als Daniel Timmerman en Arnold Huijgen hun training  “Predikant en praktijk. Efficiënt en doelgericht werken in de pastorie.” zouden omvormen tot een lezingencyclus over “Calvijn’s visie op het gebruik van alle dagen des Heren” zij niet alleen een ander publiek zouden trekken, maar ook meer deelnemers. En ikzelf wil niet eens weten hoe ik de training “Leef! en werk” anders zou moeten invullen om meer publiek te krijgen. Want mijn vermoeden is dat...

Pastoraat gaat door in je vakantie.

Het was gisteren verrukkelijk aan het strand. De zon scheen uitbundig. De lucht was mooi helder, heel in de verte zag ik windmolens in zee staan. Prachtig, voor mij absoluut geen horizonvervuiling. Maar het was gewoon dinsdagmiddag. Wat doe je op dinsdagmiddag in een gewone week aan het strand? Ik heb deze week niet eens vakantie.   En toch was het goed om naar het strand te gaan. Ik had namelijk vorige week wel vakantie maar die is wat anders gelopen. Niet alleen begon die week met een kerkenraadsvergadering -een bewuste keuze van me omdat het lastig was een andere datum te vinden- maar ook overleed een van mijn gemeenteleden. Voor het eerst sinds jaren had ik geen collega gevraagd om achterwacht te zijn en dus ging ik aan de gang met het voorbereiden van de uitvaart.   Dit was voor mij een relatief nieuwe keuze. Ik had namelijk geleerd dat niet meer te doen. Want als je aan vakantie toe bent, maar toch doorwerkt ben je bezig om je energiebronnen op te gebruiken. En het is heel lastig om met een druk schema die energiebronnen op andere momenten weer aan te vullen.   Maar inmiddels ziet mijn leven er anders uit; een kleinere gemeente met een part-time dienstverband. Bovendien is de rest van mijn weekschema ook veel meer flexibel. Er is dus meer ademruimte, meer  mogelijkheden om wel die energiebronnen op een andere manier aan te vullen.   Bijvoorbeeld door op dinsdagmiddag naar het strand te gaan. Het is niet efficiënt; ik zou namelijk veel meer werk verzetten als ik achter mijn bureau was gebleven. Het was eigenlijk...

Inspiratie, geen gezeur.

Een predikant moet over het algemeen 3 maal meer begrijpen dan begrepen worden. Dit lijkt een klacht. Het was ook eigenlijk een klacht. Ik deelde mijn overtuiging met een collega op een moment dat ik een beetje door mijn energie heen was. Die collega herkende dat natuurlijk. En wat is het lekker om dan even bij elkaar te klagen. Het was ook een goed moment. Even begrip en in dat begrip gewoon thuiskomen. Maar dat begrip is ook een valkuil. Voor je het weet zit je elkaar te versterken in een slachtofferrol. Voor je het weet kom je reactief in een zeurmodus en raak je de kracht kwijt van een proactieve benadering. We kwamen er gelukkig samen uit. En dan ook samen verder, want na even zeuren konden we het ombuigen. Het is gewoon een feit. Een dominee moet het aankunnen om drie keer meer te begrijpen dan begrepen te worden. Daar moet je niet over zeuren, dat moet je gewoon doen. En als het lastig is, het leren. Want als je gaat zeuren word je reactief, word je geleefd en blijf je denken in oude kaders. En het werk wordt steeds minder inspirerend. Maar als je je verantwoordelijkheid neemt dan vind je je eigen kracht. Dan snap je de processen in de gemeente en dan leer je de ander te begrijpen en toch jezelf te profileren. Dan stroomt het. Dan weet je je begrepen door onze Heer die nooit zeurde maar wel zijn verantwoordelijkheid...